Veelgestelde vragen

  • Er ontstaat soms verwarring tussen osteopathie, en bijvoorbeeld fysiotherapie, manuele therapie en chiropractie. Manuele therapie en chiropractie richten zich voornamelijk op mobiliteitsverlies in de wervelkolom en andere gewrichten. Osteopathie bekijkt het lichaam breder en behandelt naast de wervelkolom ook de mobiliteit van organen en de schedel. Osteopathie richt zich vooral op de relatie tussen deze verschillende systemen.

    Het doel van de zachte mobiliserende technieken die door de osteopaat worden ingezet is niet in hoofdzaak om meer beweeglijkheid te creëren, maar om een prikkel te geven aan het zenuwstelsel. Verder maakt de osteopaat gebruik van meerdere subtiele behandeltechnieken, zoals viscerale en craniosacrale technieken.

    Dit maakt het voor dieren tot een ideale behandelmethode die in het algemeen als prettig wordt ervaren door het dier.

  • Gezien de ontbrekende wettelijke erkenning voor osteopathie voor dieren in Nederland, is het wel van groot belang dat u op zoek gaat naar een goed gekwalificeerde osteopaat voor dieren. Dierosteopathie is in Nederland een vrij beroep, wat inhoudt dat in principe iedereen zich osteopaat mag noemen, ongeacht opleiding of vooropleiding. Leden van de beroepsvereniging Nederlandse Vereniging Dierosteopathie zijn allen in bezit van een diploma dierosteopathie in combinatie met een gedegen (para-)medische vooropleiding als diergeneeskunde of fysiotherapie. Enkele therapeuten zijn in bezit van een ander gelijkwaardige vooropleiding met een relevant diploma op minimaal BSc-niveau.

    De NVDO maakt zich sterk voor officlële erkenning van dierosteopathie.

    Als een osteopaat ICREO- gediplomeerd is, is dat een waarborg voor een goed opgeleide osteopaat voor dieren die aan de hoge opleidingseisen voldoet.

    Om aan deze driejarige opleiding deel te mogen nemen is een (para)medische HBO- of universitaire vooropleiding verplicht. In de praktijk is het zo dat voornamelijk  dierenartsen, fysiotherapeuten en humaan osteopaten tot deze opleiding worden toegelaten.

  • Ja dat kan, bespreek het liefst wel met alle individuele behandelaars, zodat er beter onderling afgestemd en overgedragen kan worden.

    Osteopathie is geen vervanging voor de reguliere diergeneeskunde maar wordt gezien als een complementaire, aanvullende geneeswijze. Waar nodig zal Annemarijn samenwerken met andere disciplines zoals de dierenarts, gedragsdeskundige, trainer, natuurgeneeskundige, bekapper/hoefsmid of zadelmaker.

    Neem in acute gevallen altijd eerst contact op met je dierenarts of veearts!

  • Als specialist in bewegen kan de osteopaat de dierenarts goed aanvullen. Een goede samenwerking tussen dierenarts en osteopaat leidt tot optimale resultaten. Door middel van osteopathie kan er sprake zijn van beter herstel na een ingreep of een blessure, en van bijvoorbeeld betere opname van medicijnen door het lichaam.

    Ga bij acute klachten eerst met je dier naar de dierenarts!

    Indien tijdens of voorafgaand aan de intake van het osteopatisch consult aanvullende informatie nodig is, of er blijkt dat er toch eerst een consult bij de dierenarts nodig is, dan wordt dit tijdens het consult besproken, en kan ik er in bepaalde gevallen (nog) niet gestart worden met osteopathie.

  • Het resultaat van het consult hangt natuurlijk af van de aard en de duur van de klacht, de leeftijd van het dier, de sportdiscipline, de voorgeschiedenis, en nog vele andere factoren, maar vaak zijn 1 à 2 keer consulten voldoende om al een verbetering te bewerkstelligen.

    Omdat de osteopaat niet alleen een lokale klacht behandelt, maar het gehele dier controleert op probleemzones, brengt een enkel consult vaak veel teweeg in het lichaamseigen herstelmechanisme.

     Het is verstandig om 6 weken na het consult contact op te nemen met de osteopaat om het herstel van je dier te evalueren en samen af te spreken wat er verder nog moet gebeuren. Eventueel wordt dan nog een vervolgafspraak ingepland om de puntjes op de i te zetten.

    Het inplannen van een halfjaarlijkse preventief consult verdient de voorkeur om je dier in topvorm te houden.

  • Tijdens een consult zul je algemene adviezen meekrijgen over de te volgen opbouw in belasting. Ook zul je een aantal specifieke bewegingstips horen die van toepassing zijn op jouw dier.

    Het beweegtechnische gedeelte laat ik graag over aan jouw eigen gediplomeerde instructeur, indien nodig kan ik enkele goede instructeurs of trainers aanbevelen.

    Ook werk ik samen met dierfysiotherapeuten die hun praktijk specifiek hebben ingericht met oefenmaterialen of bijvoorbeeld hydrotherapie.

      

  • Voorzichtigheid is geboden, ICREO-gediplomeerde osteopaten is aangeleerd om geen onnodige risico's te nemen. Is het dus absoluut noodzakelijk om het dier tijdens de dracht te behandelen of kan het wachten tot na de bevalling?

    En voor honden geldt dezelfde stelregel: is het echt nodig om in de relatief korte periode van de dracht behandeld te worden?

    Zo ja, dan zal gekozen worden voor aangepaste technieken en hebben we de voors en tegens besproken.

  • Omdat de gebruikte technieken zo subtiel zijn kunnen jonge dieren heel goed door middel van osteopathie geholpen worden. Op deze manier is het goed mogelijk om problemen al in de groeifase te verhelpen en dus grotere structurele problemen in de toekomst te voorkomen. Jonge dieren lopen soms tijdens het spelen of door glijpartijen ook al blessures op, vaak zonder dat de eigenaar daar weet van heeft.

    Zo is het bijvoorbeeld heel verstandig om een jong paard vóór het zadelmak te maken al een keer te laten nakijken door een osteopaat. Het dier begint vervolgens pijnvrij en in balans aan zijn opleiding, en dit levert meer plezier op voor het dier en de eigenaar.

    Preventieve consulten zijn eigenlijk de ultieme vorm van zorg!

     

  • Oudere dieren kunnen heel goed geholpen worden door middel van osteopathie, alleen moeten de verwachtingen voor de behandelresultaten realistisch gesteld worden.

    Veel aandoeningen van het oudere dier, zoals artrose, zijn onomkeerbaar. Echter door bijvoorbeeld het verbeteren van de doorbloeding kan de kwaliteit van leven van een ouder dier sterk verbeterd worden.

    De doelstelling kan soms heel simpel zijn: beter kunnen compenseren en in beweging kunnen blijven.

    Voorzichtigheid en terughoudendheid is geboden met alle dieren, maar zeker met oudere dieren.

  • Je kunt klachten in principe niet verergeren door middel van osteopathie, omdat de technieken die gebruikt worden heel subtiel zijn en erop gericht zijn om het lichaam zichzelf weer in evenwicht te laten brengen. Wel is het vaak in de eerste twee weken na een behandeling merkbaar dat het dier ‘uit balans’ is. Dit is normaal en wordt vanzelf beter wanneer je het dier ook de tijd geeft om zijn evenwicht te hervinden.

    Indien de osteopaat twijfelt over de juiste behandelmethode, of meer informatie nodig heeft, zul je altijd het advies krijgen om voor aanvullend onderzoek contact op te nemen met de dierenarts.

    Het is echter altijd raadzaam om op zoek te gaan naar een gediplomeerde osteopaat (aangesloten bij de NVDO) aangezien deze door opleiding én ervaring getraind is in het beoordelen of iets pluis of niet pluis is, en in welke gevallen er zeer terughoudend of zelfs niet behandeld kan worden.

    Bij twijfel of acute klachten: neem altijd eerst contact op met de dierenarts.

  • Indien je dier voorgeschreven pijnmedicatie in moet nemen kun je dit gewoon toedienen voor een consult. Meld dit aub wel aan de osteopaat omdat dit de reactie van het dier op de aanraking zal beïnvloeden. Overleg is dus in alle individuele gevallen wel zo prettig.

  • Voor een osteopathisch consult is het belangrijk dat je dier niet bezweet of buiten adem is. De beste resultaten krijg je als de spieren in hun normale rusttoestand zijn, dus niet opgewarmd. Je kan je paard dus nog rijden voor het consult maar dan moeten er wel minimaal 1,5 uur tussen het rijden en het consult in zitten. Hetzelfde geldt voor regen en modder: zorg dat het dier droog en enigszins schoon is vóór de behandeling en dat je hem niet bij de komst van de osteopaat nog door de regen uit het weiland of het water moet gaan halen.

    Honden dus ook aub niet laten zwemmen voor aanvang van het consult.

     

  • Na een consult heeft het dier rust nodig om zijn nieuwe balans weer te vinden en om niet weer meteen in oude bewegingspatronen te vervallen.

    Na een consult duurt het nog ongeveer 6 weken voordat het optimale resultaat is behaald.  De osteopaat zal een op de situatie afgestemd opbouwschema geven. Voor paarden betekent dit meestal dat het advies is om de week na het consult niet te rijden.

    In het geval van (sport) honden is een week niet trainen, niet te wild spelen en niet ballen gooien verstandig.

    Op deze manier haal je het optimale resultaat uit een consult!

  • Steeds vaker krijg ik de vraag van hondeneigenaren of ze een osteopathie-consult kunnen inplannen met mij “om uit te sluiten of er iets lichamelijks de oorzaak is van het uitvallende of agressieve gedrag van hun hond”.

    Vaak op advies van een gedragsdeskundige. Ik kan dit in de basis alleen maar aanmoedigen, want pijn en/of stress zijn ook daadwerkelijk vaak een grote factor in dit gedrag die zeker onderzocht moeten worden.

    Maar toch roepen deze aanvragen ook veel vraagtekens bij mij op. Want hoe ZIE jij dat als eigenaar eigenlijk voor je? (En ook als verwijzende gedragstherapeut of trainer)

    Ik heb als osteopaat geen röntgen-ogen, en een behandeling van iemand als ik lokt bij iedere hond een stress-reactie uit, want: vreemde omgeving, vreemd mens, en dat vreemde mens wil dan ook nog eens aan je gaan zitten, misschien zelfs op plekken waar je pijn hebt!

    Voor iedere hond is dit al best een behoorlijke kluif, maar als je een reactieve hond hebt zéker.

    Laat ik beginnen met verduidelijken wat een osteopaat tot doelstelling heeft in een behandeling, in samengevatte vorm.

    Door middel van bepaalde zachte mobilisatietechnieken probeert een osteopaat alle delen van het lichaam weer optimaal ten opzichte van elkaar te laten bewegen.

    Is die beweeglijkheid dan het ultieme doel? Nee, het is niet het doel maar het middel.

    Want door middel van optimale beweeglijkheid optimaliseert de doorbloeding en de bezenuwing/aansturing en dus ook de functie. Je stimuleert hiermee het zelfgenezend vermogen van een lichaam.

    Nog simpeler gezegd: je probeert een gestresst en overspannen systeem weer tot rust te brengen, zodat er herstel kan plaatsvinden.

    Om deze reden kan een behandeling door een osteopaat bij uitstek een middel zijn om de overklotsende prikkel-emmer van een lichaam leeg te maken. Dus ook die van een overprikkelde hond.

    Maar dat kun je niet afdwingen. Want dwang leidt tot stress. En dat leidt dus niet tot ontspanning, integendeel.

    Stress leidt tot uitvalgedrag, maar dat hoef ik de mensen die met hun hond een afspraak bij mij willen inplannen, eigenlijk niet uit te leggen.

    En toch weer wel, want wat verwacht je dan eigenlijk van je hond en van de osteopaat? Een wonder?

    Dwang en stress, overvragen, te hooggespannen verwachtingen van de mens, in welke mate dan ook, leidt in geval van honden ook tot potentieel onveilige situaties.

    Voor de hond, want deze wordt eigenlijk weer bevestigd in de noodzaak van het uitvallende gedrag, want mensen respecteren het grens van het dier niet voldoende.

    Maar ook voor de osteopaat. Ik ben ook maar een mens, een zzp-er, en ben volledig afhankelijk van mijn hele lichaam, maar vooral van mijn handen en armen om mijn werk uit te kunnen voeren en brood op de plank te hebben.

    Een bijtincident is zó gepiept, zeker bij honden die al als uitvallend/bijtend/agressief te boek staan. Oftewel, die hier al ‘succes’ mee hebben gehad.

    Ik schrijf dit stuk niet omdat ik deze honden niet in behandeling wil nemen, maar omdat ik de verwachtingen over en weer graag wil verhelderen.

    Hierin is geen quick-fix mogelijk, het is een traject dat je met elkaar aangaat.

    Het is geen kwestie van hond in de houdgreep, snuitje erom en ‘kraak’: probleem opgelost. Op die manier is het middel eigenlijk nog erger dan de kwaal en leidt juist tot nog meer reactief gedrag.

    Hoe zie ik het dan wél voor mij? En hoe pak ik dit normaliter aan in de praktijk?

    Ik zal mijn ideale scenario schetsen.

    In mijn ideale wereld heeft de hondeneigenaar voorafgaand aan de behandeling thuis al ruimschoots geoefend op een positieve manier met een goed passende muilkorf, zodat de hond hier goed aan gewend is. Met veel voertjes en veel complimentjes.

    Op Youtube staan veel filmpjes hoe je op een leuke ongedwongen manier met een muilkorf kan oefenen.

    Je leest het goed: een muilkorf en geen snuitje. Met een snuitje kun je als hond niet goed hijgen, likken, gapen, tongelen. Alle kalmerende signalen raken verstoord en dit levert stress op. En dat wilden we nou juist niet. Want we wilden tijdens een consult nou juist alle stressfactoren minimaliseren.

    En nee, een muilkorf is niet iets om je voor te schamen. Integendeel, ik ben van mening dat iedere hondeneigenaar er preventief mee zou moeten oefenen. Er kunnen áltijd situaties ontstaan waarin het voor zowel de hond als zijn omgeving veiliger zou zijn.

    Met andere woorden, als je tijdens de stress van een consult nog moet gaan oefenen en worstelen met je hond om een muilkorf om te krijgen dan ben je rijkelijk te laat. Geen optie dus.

    Moet iedere reactieve hond dan een muilkorf op bij mij in de praktijk? Nee. Al zou ik mezelf wel een dienst bewijzen om hier strenger in te zijn. Want ja, het is soms best even spannend.

    Het dragen van die muilkorf kan ook veel rust brengen bij alle partijen, ook bij de hond. En als iedereen rustig en opgelucht door kan ademen geeft dit een heel andere sfeer in de praktijk.

    Ten tweede: bring snacks! Niet zomaar een alledaags brokje. Nee, iets waar je hond een moord voor zou doen, zo lekker. Hou je niet in. We willen belónen. En dan moeten we ook wel met iets heel tofs aan komen zetten.

    Vervolgens: hou je hond lekker aan de lijn bij je. In eerste instantie hoef ik niks met jouw hond, en jouw hond niet met mij. Laat die hond eerst maar eens lekker vertrouwd bij zijn mens blijven en een beetje rondsnuffelen op veilige afstand van mij. Veilig voor beide partijen dus. Rustig aan elkaar wennen.

    Dan hebben wij alle tijd om de situatie en de hulpvraag goed in kaart te brengen. En reken maar dat ik vragen heb. Over alles.

    Want ik wil precies weten waarmee de stress-emmer van jouw hond zich in de loop van zijn leven gevuld heeft. Vroeger en nu.

    Dus wil ik bijvoorbeeld graag weten wat je als eigenaar weet van de ouders van de hond, van de dracht en de geboorte. Van de puppy-tijd.

    Wat je hond eet. Wat jullie op een dag allemaal doen en met wie en waar. Welke medische problemen er spelen, welke medicatie er gebruikt is. In wat voor omgeving jullie wonen.

    Alles.

    En in de tijd kan je hond wennen aan de praktijk, mijn geur, mijn energie en mijn persoon.

    Misschien dat we die eerste keer contact maken, misschien dat ik de hond zelfs mag aanraken de eerste keer. Maar realistischer is het om die verwachting tijdens een intakegesprek helemaal niet te hebben. Om de stress-levels binnen de perken te houden.

    Ik wil eerst rust. Dan vertrouwen. Vriendjes worden. En dan pas behandelen.

    En dat gaat in het tempo van de hond. Dat is een traject.

    Als we uiteindelijk bij het daadwerkelijk onderzoeken en behandelen van de hond aanbeland zijn kan het zo zijn dat ik adviseer om toch verder onderzoek te laten doen bij de dierenarts als daar aanleiding voor is.

    Misschien zeg ik dingen die je als hondeneigenaar liever niet wil horen. Maar dingen die nodig zijn NIET zeggen, is ook geen optie. Het gaat om het totaalplaatje.

    Je hond is reactief om meerdere redenen, en voor een maximaal effect moeten we alle redenen ontdekken en benoemen, en liefst ook op alle fronten tegelijk aanpakken.

    Het effect van een behandeling is vaak ook niet direct zichtbaar, helemaal niet bij complexe problematiek. Het is vaak een ingewikkelde puzzel, en het neerleggen van een enkel puzzelstukje lost dat niet op.

    Uiteindelijk is het doel helder: dat mens en hond elkaar beter begrijpen, en dat wij er als mensen alles aan doen om de wereld van de hond overzichtelijker en veiliger te maken voor mens en dier. Zodat reactief gedrag van de hond steeds minder vaak nodig zal zijn. In onze drukke maatschappij is dit geen makkelijke opgave. Maar daar heeft de hond zelf geen boodschap aan.

    Ik lever graag mijn bijdrage, op een veilige en ontspannen manier. De hond is mijn klant, en die is koning dus die bepaalt het tempo.

    En dat geldt voor ieder dier in mijn praktijk, alleen is het bij reactieve of heel angstige dieren nog een tikkeltje belangrijker.

    Spreekt dit verhaal jou aan: voel je vrij om een keer een afspraak te maken, op deze voorwaarden. En zo niet, dan niet

  • Dit is altijd een onderwerp waar een hoop taboe’s omheen bestaan. Laat ik voorop stellen dat ik zelf als professional veilig moet blijven tijdens mijn werk.

    Sommige honden hebben reeds eerder bijtgedrag vertoond naar behandelaars, dierenarts of mensen in het algemeen. Indien je dit van je hond weet lijkt het mij niet meer dan logisch dat je zo snel mogelijk op een positieve manier aan de slag gaat om te trainen met een goed passende muilkorf.

    Deze training dient reeds ruimschoots voor aanvang van het consult plaatsgevonden te hebben, tijdens het consult in de praktijk is het eigenlijk te laat.

    Ik doe ontzettend veel moeite om in de praktijk een rustige setting, vertrouwen en veiligheid te creëren, voor de hond, maar dat geldt in eerste plaats vooral ook voor mijzelf.

    Indien tijdens een consult blijkt dat wij de behandeling niet veilig voort kunnen zetten dan behoud ik altijd het recht om deze te staken met het advies veel en ‘leuk’ te gaan oefenen met een goed passende muilkorf. Op Youtube staan vele video’s over dit onderwerp.

    Het biedt zowel hond, eigenaar als osteopaat veel rust als hier bewust mee omgesprongen wordt.

    Wat mij betreft wordt de muilkorf volledig uit de taboesfeer gehaald. Verstandig muilkorfgedrag is cool.

    Dit gezegd hebbende komt het bijna nooit zo ver dat de muilkorf daadwerkelijk op hoeft tijdens een consult.

    Beter mee verlegen dan óm verlegen!

  • In mijn praktijk en ook steeds meer tijdens behandelingen van paarden wordt gewerkt met voerbeloningen. Indien dit zorgt voor makkelijker ‘het ijs breken’, of wanneer het een dier even door een lastige situatie heen loodst maakt het een consult bij mij een stuk leuker om naar toe te gaan.

    In een ideale wereld heb ik voor ieder dier uren de tijd om kennis te maken en elkaar af te tasten. En hoewel ik overal ruimschoots de tijd voor neem, en zoveel mogelijk de signalen en grenzen van het dier te respecteren helpen voerbeloningen in veel gevallen gewoon wel om samen op een leuke manier aan de slag te gaan, die voor zowel mij als het dier ‘werkt’.

    Sommige dieren worden juist onrustiger van voerbeloningen, dan doen zetten we dat dus juist niet in, sommige honden hebben heel veel voerbeloningen nodig, sommigen helemaal niet, en sommigen alleen op ingewikkelde momenten. Alles kan, het is niet zwart-wit en wordt per keer, per individu beoordeeld.

    Wel ben ik van mening: áls je voerbeloningen geeft, neem dan naar een specifieke setting als de osteopaat ook echt iets heel speciaals en lekkers mee. Iets waar je dier zich echt heel bijzonder door voelt en we een feestje maken van een bezoek aan mijn praktijk.

    Bij paarden kiezen we er in overleg soms voor om wel een hooinet paraat te hebben, en vooral bij de paarden die specifiek met voerbeloningen (R+) getraind zijn kan het een heel mooi hulpmiddel zijn, vooral op momenten dat het even wat ingewikkelder is.

    Bij paarden dus minder gangbaar, maar ook dus niet zwart/wit.

    Voerbeloningen zijn in mijn optiek niet bedoeld om het dier te forceren om iets naars of ingewikkelds te ondergaan, maar alleen om het leuker te maken en het consult soepeler e vlotter te laten verlopen.

    Nuances, nuances.